Bij de objectieven van de verschillende merken staan altijd een hele reeks afkortingen. In dit artikel zal uitgelegd worden wat deze afkortingen precies betekenen
Algemeen:
AF - Autofocus, een objectief met deze aanduiding is in staat om automatisch scherp te stellen
MF - Manual focus, een objectief met deze aanduiding moet men handmatig scherpstellen
Canon:
EF - Electrofocus, deze objectieven passen op alle Camera's met een EOS vatting
EF-S - Objectieven met deze afkorting zijn alleen geschikt voor camera's met een 1,6 sensor
IS - Image Stabilizer, deze objectieven zijn uitgerust met een mechanisme dat trillingen reduceert
L - Luxury, de professionele lijn van Canon
USM - Ultrasonic Autofocus Motor, deze objectieven zijn voorzien van een snelle autofocusmotor
Nikon:
AF-D - Objectief die de scherpstelafstand doorgeeft aan de body
AF-G - Objectief zonder diafragma ring. Deze objectieven zijn geschikt voor alle nieuwere Nikon camera's
AF-S - Autofocus met Silent Wave Motor, zorgt voor snelle en stille scherpstelling
DC - Defocus Control
DX - Alleen geschikt voor digitale spiegelreflexcamera's van Nikon met een 1,5 sensor
ED - Extra Low Dispersion, glas is van betere kwaliteit
IF - Internal Focus, de scherpstelling gebeurt in het objectief zelf waardoor er aan de buitenkant van het objectief niets beweegt
VR - Vibration Reduction, deze objectieven beschikken over een mechanisme dat trillingen reduceert
Sigma:
APO - Apochromatisch glaselement, glas van hogere kwaliteit
DC - Alleen geschikt voor digitale camera's
DG - Speciale coating op het achterste lenselement
EX - Professionele lijn objectieven van Sigma
HSM - Hypersonic Motor, zorgt voor een snelle en still scherpstelling
OS - Optical Stabilizer, deze objectieven beschikken over een mechanisme dat trillingen reduceert
Tamron:
DI - Digitally Integrated design
IF - Internal Focussing, de scherpstelling gebeurt binnen in het objectief
SP - Super Performance, objectieven van hogere kwaliteit
Tokina:
DX - Alleen geschikt voor digitale camera's